Nieuws

Een op de tien dertienjarige Vlaamse meisjes beweegt meer dan één uurtje per dag. Hiermee doen de Vlaamse meisjes het slechter dan de jongens: bij hen beweegt achttien procent meer dan één uur per dag.

Dat blijkt uit een rapport van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) dat peilt naar de gezondheid van Europese jongeren (11, 13 en 15 jaar oud). ‘Activiteiten waarbij het hart versnelt en je mogelijk zweet’, zoals het onderzoek het formuleerde, zijn bij meisjes niet populair. ‘Hieronder vallen niet alleen sportieve activiteiten’, zegt onderzoekster Anne Hublet. ‘Met de hond gaan wandelen, naar school fietsen en dergelijke zijn ook vormen van fysieke activiteit.’

In alle Europese landen zijn jongens actiever dan meisjes. De WHO dringt er dan ook op aan om meisjes meer te betrekken bij sportieve activiteiten. Ook de ouders spelen hierin een rol: zij moeten kinderen aanmoedigen om te sporten en het televisiegedrag te beperken, aldus het rapport. Beste leerling van de klas is Ierland, met 20 procent bewegende meisjes en 36 procent bewegende jongens. De hekkensluiter is Italië, waar amper vijf procent van de meisjes beweegt en tien procent van de jongens. Opmerkelijk: Franstaligen presteren iets beter dan hun Vlaamse tegenhangers: twaalf procent van de meisjes en twintig procent van de jongens beweegt meer dan één uurtje per dag.